Halsbrekende toeren! - Reisverslag uit Victoria Falls, Zimbabwe van Irene Tomson - WaarBenJij.nu Halsbrekende toeren! - Reisverslag uit Victoria Falls, Zimbabwe van Irene Tomson - WaarBenJij.nu

Halsbrekende toeren!

Door: Merijn en Irene

Blijf op de hoogte en volg Irene

16 Juni 2011 | Zimbabwe, Victoria Falls

14-06-2011

Beste lezers,

De vorige keer dat we een verhaaltje voor jullie hebben geschreven waren we nog in Lusaka, inmiddels zijn we de grens overgestoken en zijn we in Zimbabwe. Het plan om voor Toon te koken hebben we helaas moeten aanpassen omdat Toon tot ’s avonds laat moest vergaderen en het hem niet ging lukken om daar onderuit te komen. In plaats van een maaltijd met Toon hebben we gezellig gegeten met Mike, een bekende Malawiaanse kunstschilder die de schilderingen in en rondom de nieuwe kerk verzorgde. Biefstuk met champignonsaus, gekookte – ongeschilde – aardappelen, en snijbiet opgeleukt met citroensap was duidelijk geen normale kost voor hem, maar naar eigen zeggen had ‘ie ervan genoten. Hoe dan ook, wij vonden het absoluut heerlijk.

Omdat Toon de vorige dag geen tijd had om bij ons te komen eten besloten we de volgende dag nog in Lusaka te blijven om ’s avonds alsnog lekker met Toon te gaan eten en bij te kletsen. De rest van de dag hebben we niet bijzonder veel gedaan. We begonnen met lekker lang in bed te liggen, daarna hebben we een boekje gelezen, gebruik gemaakt van de internetfaciliteiten bij de nieuwe kerk en geluncht met de schilder, de watchman en een mevrouw wiens aanstelling we even vergeten zijn. ’s Middags hebben we een beetje gekeken hoe iedereen, inclusief Toon, hard aan het werk was met de voorbereidingen voor de grote opening die op zondag plaats zou vinden, en nog een tijdje gepraat met Isaac die het straatjongensproject leidt. In de avond heeft Toon ons opgehaald en zijn we op zoek gegaan naar een Indisch restaurant waarvan Toon ongeveer wist waar het lag.
Tijdens het het bestellen werden we gebeld door Connie en Bert, die ons aan de praat hebben gehouden totdat het heerlijke en overdadige eten er was. Na alledrie te hebben genoten van elkaars gezelschap en uiteraard van de paneer, kip, butternaans en de biertjes was het tijd om naar huis te gaan.

Vrijdag zijn we op tijd opgestaan en door Toon naar het busstation gebracht. Daar werden we natuurlijk meteen bestormd door mensen die ons hun bus wilde inpraten. Uiteindelijk zaten we in een halfvolle bus, waardoor we met zijn tweeën drie plekken tot onze beschikking hadden, een ongekende luxe tot dan toe. Onze bestemming was Livingstone, de Zambiaanse stad die het dichtst bij de Victoria watervallen ligt. Het was half zes eer we Livinstone bereikten – het is dan ook een rit van ruim 500 kilometer – dus meer dan een kamer vinden in een hostel, een hapje eten en een biertje drinken hebben we niet kunnen doen.

Op zaterdagochtend zijn we op tijd opgestaan omdat we op tijd bij de watervallen wilden zijn, de truck van het hostel die om tien uur naar de watervallen vertrok was immers al volgeboekt en gedeelde taxi’s vertrokken een paar meter verderop. Voor vertrek besloten we echter nog te betalen voor de volgende nacht, maar tot onze grote verbazing was onze kamer al vergeven en er waren geen andere kamers meer vrij! Natuurlijk niet heel vervelend, maar wij hadden het wel handig gevonden als ze ons de vorige avond verteld hadden dat we maar één nachtje mochten blijven! In plaats van naar de watervallen te gaan moesten we dus op zoek naar een andere slaapplek. Uiteindelijk hebben we besloten in een ander hostel in een dormitory te gaan slapen. Tijdens het inpakken kwamen we er bovendien achter dat Irene’s pinpas ergens in Lusaka was kwijtgeraakt. Waarschijnlijk is hij bij het uitpakken van de boodschappen uit de tas gevallen, maar helaas, ondanks Toons zoeken, bleef hij kwijt.
Nadat we bij het nieuwe hotel ingecheckt hadden was het inmiddels tien uur en waren we precies op tijd om in de truck te springen die naar de Victoria falls ging. Aangekomen bij de watervallen hebben we een poncho gehuurd – we hadden begrepen dat je in deze tijd van het jaar nogal nat kunt worden – en zijn we gaan genieten van de miljoenen liters water die er per seconde naar beneden vallen. Bij de eerste uitzichtpunten leek onze poncho nog een beetje overdreven want écht nat werden we niet, maar hoe verder we langs de watervallen liepen hoe meer we het nut van onze niet zo mooie outfit inzagen. De regen die van de waterval afkomt zorgde ervoor dat de delen die niet volledig bedekt werden door waterdicht materiaal absoluut doordrenkt werden, helaas waren ook onze schoenen niet waterdicht. We hebben genoten van de vele verschillende uitzichten op de waterval en de kolkende Zambezi, en zijn uiteindelijk tot tegen vieren in het park geweest. Bij de uitgang waren nog tientallen souvenirstalletjes waar een grote diversiteit aan beeldjes, sierraden, ansichtkaarten, schilderijen, stoelen en andere snuisterijen werden verkocht. Ondanks dat we nog een paar weken onderweg zijn met onze grote tassen konden we het niet laten om toch een paar souvenirtjes aan te schaffen. Terug aangekomen in het hostel hebben we zelf gekookt; we hadden namelijk tijdens de busrit naar Livingstone een grote schaal okra gekocht – het zag er zó lekker uit – en die wilden we graag klaarmaken voordat ze niet meer vers waren. Het is altijd een beetje aanklooien in zo’n geïmproviseerde keuken in een hostel maar over het eindresultaat hadden we weinig te klagen. Die avond hebben we uit de vele activiteiten die in Livingstone worden georganiseerd – raften, bungee jumpen, kanoeen, abseilen, quadbiking, enzovoorts – een keuze gemaakt voor de volgende dag: een hele dag adrenalinepeil-verhogende activiteiten in de Batoke gorge.

Op zondag mochten we eerst uitslapen, we zouden immers pas om half negen opgehaald worden (uitslapen heeft voor ons een hele andere betekenis gekregen zoals jullie begrijpen). Goed uitgerust stonden we om half negen klaar om opgehaald te worden maar er bleek wat mis te zijn gegaan tijdens het boeken dus de bus die ons op moest halen zat al helemaal vol voordat wij opgehaald gingen worden. Gelukkig was alles bijzonder goed geregeld en in de mum van tijd stond er een taxi voor de deur die ons met z’n tweeën naar de Batoke gorge heeft gebracht. Daar aangekomen kregen we korte uitleg over wat we die dag konden doen: abseilen van vijftig meter hoogte, de flying fox, en de gorge swing. We zijn begonnen met abseilen wat wel leuk was maar, ondanks de hoogte, weinig spectaculair. Na weer omhoog te zijn geklommen uit de gorge, hebben we de flying fox gedaan, een soort van kabelbaan over de kloof heen; een tikje spannender om aan te beginnen, maar uiteindelijk niet echt eng om te doen. We hadden wel een spectaculair uitzicht. We hebben allebei een paar keer de flying fox gedaan en zijn terug gegaan naar het abseilen. De eerste keer hadden we namelijk normaal afgedaald en nu was het tijd om voorwaarts te abseilen; dat was wel een tikkie spannender! Weer veilig beneden moesten we weer te voet omhoog en hebben we ons voorbereid op de gorge swing. Deze swing begint met een vrije val van 54 meter waarna er spanning komt op de touwen en de vrije val na drie seconden overgaat in een gigantische schommel. Irene zag er al de hele dag tegenop om dit te gaan doen maar na even pushen wilde ze toch wel voor mij. Ingesnoerd en wel zette ze een stapje naar voren en daar stortte ze zonder een kik te geven met een rotvaart naar beneden. Daarna was ik zelf aan de beurt en met knikkende knieen stond ik op het randje, gelukkig was één stapje naar voren genoeg om me in dit avontuur te storten en het was simpelweg geweldig, wat een kick! Na uitgeschommeld en in het ravijn afgedaald te zijn liepen we samen weer naar boven om ons klaar te maken voor een tweede gorge swing, maar niet voordat we geluncht hadden. De organisatie had gezorgd voor een lekkere lunch en met een volle buik mochten we weer gaan slingen: ditmaal met z’n tweeën. In plaats van met een stapje naar voren van het platform afstappen moesten we achterover van het platform afrollen. Eigenlijk was ditmaal het engste moment om achteruit met onze hakken over het randje te gaan staan en op onze hurken te gaan zitten. Daarna werd er geteld: three... two... one..., tilden we onze tenen op en ginen we vanzelf, achterover, naar beneden. In de namiddag hebben we onszelf nog twee keer in het ravijn gestort voordat de dag voorbij was.
Moe van alle avonturen zijn we ‘sjiek’ gaan uiteten bij een Italiaans restaurant in Livingstone: pasta met pesto en een pizza met mozzerella, tomaat, olijven en ham.

Op maandag wilden we de grens oversteken naar Zimbabwe maar niet voordat we de ochtend nog hadden doorgebracht in Livingstone. We hebben wat rondgeslenterd door het stadje en souvenirs gekocht. In de namiddag zijn we met een shared taxi richting de grens gegaan. Te voet zijn we de grensbrug overgelopen met uitzicht op de Victoriawatervallen. Het aanschaffen van een Zimbabweaans visum ging een beetje op Afrikaanse wijze, maar achteraf bleek dat te komen omdat een van de douanebeambten een welverdiende pauze aan het nemen was. Ook deze douanebeambten hebben zich weer absoluut verbaasd over (en waarschijnlijk ook verschikkelijk geërgerd aan) de vele namen in mijn paspoort.
Vanaf de grens hebben we ons door een taxi naar de Victoria falls backpackers laten brengen, een hostel dat achteraf toch wel best ver uit het stadje bleek te liggen, niet zo heel handig, met name omdat er in het hostel geen eten geserveerd werd. Dan maar te voet op en neer naar het stadje. Terug lopen in het donker was volgens de mevrouw van het hostel prima veilig maar we moesten wel oppassen voor de olifanten zei ze, leuk grapje dachten wij. Veilig terug in het hostel, geen olifant gezien, zaten we een boekje te lezen toen de watchman ons erop kwam attenderen dat er bij de overburen olifanten in de tuin stonden. Ze stonden echter achter het huis dus we konden ze niet zien, maar het geritsel aan de bomen was al luid en duidelijk te horen. Even later zagen we ze de straat op lopen; samen met de watchman zijn we in de poort gaan staan en hebben we gekeken hoe de olifanten aan de bomen stonden te eten. Even later liepen ze onze kant op en stonden we veilig – dachten we – achter de tuinmuur van ons hostel te kijken hoe de bomen er hier aan moesten geloven, een van de olifanten stond op nog geen twee meter afstand. Toen ze weer verder liepen zijn we op straat gaan kijken waar ze heen gingen en het bleek dat ze, zonder enige moeite, dóór de betonnen schutting van de buurman heen liepen om de bomen in zijn tuin te verorberen. Toen bedachten we pas dat de ingestorte schuttingen die we die dag hadden gezien niet het gevolg waren van slecht onderhoud, maar dat al die schuttingen het hadden begeven onder het gewicht van een olifant! Al met al een mooie verassing alvorens we gingen slapen.

Vanochtend zijn we eerst op zoek gegaan naar informatie over Hwange (zeg: Wanky), een nationaal park ten zuiden van de Victoria falls waar als het goed is veel wild zit en waar groepen van meer dan 100 olifanten regelmatig gezien worden. Daarna gingen we pinnen bij de Stanbic bank waar we al de hele reis geld opnemen maar dat bleek makkelijker gezegd dan gedaan. Op de pinautomaat stond een maestro logo, maar toen pinnen niet werkte bleek na navraag bij een van de servicemederkers dat Stanbic Zimbabwe, ondanks het logo op de pinautomaat, geen maestro accepteert. We werden verwezen naar de Barclays bank, een bank waar we tot nu toe met onze Nederlandse pinpassen geen geld op konden nemen. Ondanks dat er op de pinautomaat enkel een Visa logo stond werkte het ook met een maestropas en konden we weer opgelucht ademhalen. We zijn nog van hostel gewisseld en slapen nu bijna in het centrum van Victoria Falls, veel handiger, maar of er vanavond ook een olifantenshow wordt gegeven is natuurlijk nog maar de vraag. In de namiddag zijn we weer naar de watervallen gaan kijken, ditmaal van de Zimbabweaanse zijde. Omdat we aan deze kant van de grens, op de meeste plekken, verder van de watervallen af stonden was het uitzicht eigenlijk beter en werden we minder nat. We hebben wederom volop genoten van het imposante aanzicht van zoveel water wat, naar het lijkt in slow motion, over de rand naar beneden stort.

Morgen vertrekken we vroeg richting Hwangwe waar we waarschijnlijk twee nachten blijven. Daarna willen we verder reizen naar Bulawayo, vanwaar we misschien een bezoekje gaan brengen aan Matobo National Park, en naar the Great Zimbabwe ruins.

Voor foto’s kunnen jullie natuurlijk weer terecht op het bekende adres: http://picasaweb.google.com/irenetomson/VanUgandaTotNamibie

Liefs,
Irene en Merijn

  • 20 Juni 2011 - 10:58

    TheoNelly VJaarsveld:

    Leuk al die nattigheid van de falls en de combinatie met die oude foto's.

    En in Hwange is er altijd wel een speciaal beest wij denken nog altijd terug aan George de warthog in de omgeving van het verblijf maar er waren wel veel beesten. Is het nu minder door stropen?
    Het verhaal over de olifanten die DOOR muurtjes heengaan zijn wel om bang te worden. Maar het cement is vaak ook niet zo goed!
    Veel plezier verder!!

  • 20 Juni 2011 - 11:13

    Cor:

    wat n avontuur geweldig
    prachtige foto s
    ga zo door
    liefs vader

  • 09 Juni 2016 - 15:41

    Jansen:

    hallo

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Irene

Actief sinds 17 Maart 2008
Verslag gelezen: 226
Totaal aantal bezoekers 52855

Voorgaande reizen:

01 Februari 2017 - 28 Februari 2017

Colombia

07 Oktober 2015 - 24 December 2015

Oostwaarts vanaf Bali

04 Februari 2011 - 01 Augustus 2011

Van Tanzania tot Namibie

24 Oktober 2009 - 05 Januari 2010

Singapore

03 April 2008 - 05 September 2008

Afrika 2008

Landen bezocht: