Van Walvisbaai naar Etosha - Reisverslag uit Rundu, Namibië van Irene Tomson - WaarBenJij.nu Van Walvisbaai naar Etosha - Reisverslag uit Rundu, Namibië van Irene Tomson - WaarBenJij.nu

Van Walvisbaai naar Etosha

Door: Merijn en Irene

Blijf op de hoogte en volg Irene

14 Juli 2011 | Namibië, Rundu

Lieve mensen,

Zoals we vorige keer al schreven is een nieuw deel van onze reis aangebroken. Niet alleen is onze reisstijl luxer geworden en ons reisgezelschap vervijfvoudigd, maar ook ‘Afrika zelf’ is veranderd. Namibië lijkt grotendeels te bestaan uit uitgestrekte vlakten. Nu eens zijn dit vlaktes met zand, dan weer met wat kleine woestijnstruikjes en, wat noordelijker, met serieuze bomen en struiken en af en toe zelfs palmbomen. De stadjes liggen erg ver uit elkaar, maar zijn stuk voor stuk erg modern met asfaltwegen, grote supermarkten en veel blanken. De lodges onderweg zijn overwegend luxe, zo luxe dat we overal kamperen. In zo’n land zou je op elke straathoek (de weinige die er zijn) wifi verwachten, maar helaas is dat niet zo. Vandaar dat we nu van een langere tijd wat verhaaltjes posten. Verder zou het natuurlijk leuk zijn om de verhaaltjes op te leuken met foto’s, maar helaas heeft onx kleine computertje moeite met de foto’s op raw-formaat van Bert, we doen ons best om er een paar te posten; ze zijn te vinden op http://picasaweb.google.com/irenetomson/VanUgandaTotNamibie.

Van Walvisbaai zijn we naar het noorden gereden. De begroeiing langs deze zoutweg bestaat uit een symbiose van een schimmel met een alg (lichen) die gebruik maakt van de dagelijkse dikke mist om aan water te komen.
Vlak voor Henties Bay hebben we een korte wandeling gemaakt over een desolaat strand dat vol lag met skeletten van kleine dieren. In Henties Bay zelf zijn we even gestopt nog voor een grote kop koffie, waarna we landinwaarts richting Brandberg zijn gereden.
We kwamen aan het begin van de middag aan op de camping aan de voet van de Brandberg. Hier zouden regelmatig woestijnolifanten langskomen, die nog groter zijn dan hun neefjes die op de savanne leven. In de hoop er wat te kunnen spotten hebben we aan het eind van de middag een wandeling gemaakt naar een uitzichtspunt. Helaas blijken ook mega-olifanten zich prima te kunnen verstoppen. Tijdens de wandeling hadden we gezelschap van Carlos, het tamme stokstaartje. Deze liep helemaal mee de berg op en groef daarbij af en toe een schorpioen op die hij vakkundig oppeuzelde. Gelukkig voor hem lag de pufadder, die we onderweg tegenkwamen lekker te slapen, anders was hij misschien zelf een lekker hapje geworden. Op de terugweg leek Carlos wat moeite te hebben met de grote rotsblokken en is hij op Koen zijn schouder mee afgedaald.

De volgende ochtend gingen we een korte wandeling maken langs de een deel van de 500 rotstekeningen die de Brandberg rijk is. Omdat het flink heet was zijn we vroeg opgestaan zodat we in de koele ochtend konden wandelen. Bij aankomst bij de park headquarters was er echter niemand om ons op te vangen. Na drie kwartier te hebben gewacht zijn we zelf begonnen aan onze wandeling. We liepen over een goedgemarkeerd pad langzaam de helling op, waar we, na een klein uurtje lopen, uitkwamen bij het hoogtepunt van de te bezichtigen rotsschilderingen: the white lady. In tegenstelling tot wat de naam doet denken is dit geen witte dame, maar een half witte, peniskoker dragende medicijnman die bezig is de jacht te zegenen. Op de muur waren verder nog vele mooi geschilderderde jagers en dieren zichtbaar.
Toen we na een kwartiertje bijna verder wilden gaan dook er opeens een hijgende gids op. Hij leek een beetje chagrijnig te zijn dat we zonder hem vertrokken waren maar was desondanks bereid zijn verhaal te houden. Dit deed hij op een bijzonder Afrikaanse manier – namerlijk zonder kop of staart en met overduidelijke onwaarheden – en met het stopwoordje “the thing is”. Er bleken nog andere schilderingen te zijn die we konden bezoeken maar “the thing is, you have to decide for yourself if you want to see them” en hij verwachte dan wel een extraatje, maar “the thing is, you decide yourself how much you give”.
We besloten nog een beetje verder te lopen en kwamen nog langs drie andere grotten met mooie schilderingen van onder andere struisvogels en een witte giraffe (wat volgens de gids betekende dat ze hier vroeger albino-giraffen hadden). De ouders hebben de gids onderweg nog gepest met moeilijke vragen over ijstijden – “The thing is, there was never ice here, it is very hot here.” – en de vorm van de rotsen – “The thing is, it is their natural form” – arme gids.
’s Middags hebben we eindeloos spelletjes gespeeld en de jongens hebben zich gewaagd aan het koude zwembad. ’s Avonds hebben we gegeten in het restaurant van de lodge waar we aan het eind van de lekkere maaltijd werden getrakteerd op een ‘singing and dancing performance’ van het keukenpersoneel. Vooral het liedje ‘Toyota Cressida’ waarbij ze in cordon door de eetzaal liepen en deden alsof ze in een auto zaten was erg geliefd.

Dinsdag hebben we ons kamp weer opgebroken en zijn via Khorixas – waar we boodschappen hebben gedaan – naar het petrified forest gereden. Een leuke spraakzame vrouwelijke gids leidde ons in het Afrikaans langs de versteende boomstronken, die tussen de welwitschia (een bijzondere woestijnplant) op de grond lagen. Deze stronken zagen er uit als gewoon hout, alleen als je ze aanraakte merkte je dat ze van steen waren. Deze gids, die wat beter leek te weten waar ze het over had, wist ons te vertellen dat de bomen waarschijnlijk in de ijstijd door een gletsjer waren meegenomen en hier achtergelaten.
Na dit korte bezoek gingen we door naar de volgende camping, gelegen aan een droge rivierbedding, waar we die middag een klein wandelingetje hebben gemaakt naar een uitzichtspunt. In de rivierbedding stonden honderden voetafdrukken van de zich verstoppende woestijnolifanten.
’s Avonds hebben we een heerlijke maaltijd met lamskoteletjes bereid op de braai.

De volgende dag gingen we naar het nabijgelegen Twijfelfonteijn, een klein nationaal park met honderden rotsgraveringen en enkele schilderingen. De goedopgeleide receptionist promoveerde zichzelf tot gids en leidde ons langs de rotsen met afbeeldingen van diverse dieren en mensen. Veel dieren bleken sjamaans te zijn, of anders door de sjamaans getekend te zijn in de hoop dat ze regen zouden brengen, een goede jacht, of gezondheid.
Omdat we laat pas bij de Twijfelfonteijn waren aangekomen was iedereen een beetje door de hitte bevangen toen we klaar waren. Na de lunch zijn we zonder Koen en Connie, die zich niet lekker voelden, nog langs ‘Wondergat’ – een groot gat in de grond – en ‘The organpipes’ – basaltformaties – gereden. Zoals wel meer dingen hier, kon je met de auto tot aan de attracties rijden, zodat je in elk geval niet moe zou worden.
’s Avonds zijn we bij een zeer luxe lodge aangeschoven voor hun even zo luxe buffet. Na van alle heerlijk klaargemaakte stukken vlees – oryx, kudu, kip, rund, varken – en de weldadige chocolade cakejes geproefd te hebben, zijn we tonnetje rond in bed gekropen.

Donderdag hebben we een beginnetje gemaakt aan ons eerste – met dit gezelschap – grote safari avontuur. We zijn onderweg naar Etosha gestopt in het kleine stadje Oujo om eten in te slaan, lekkere taartjes te eten bij een Duitse bakker en souveniers te kopen. Daarna zijn we over een eindeloze rechte weg, langs honderden lilac breasted rollers, drongo’s en bee-eaters, naar het park gereden.

Het grote safari verhaal zal ik bewaren voor het volgende verhaaltje.

Liefs van ons allemaal,
Irene en Merijn

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Irene

Actief sinds 17 Maart 2008
Verslag gelezen: 319
Totaal aantal bezoekers 52847

Voorgaande reizen:

01 Februari 2017 - 28 Februari 2017

Colombia

07 Oktober 2015 - 24 December 2015

Oostwaarts vanaf Bali

04 Februari 2011 - 01 Augustus 2011

Van Tanzania tot Namibie

24 Oktober 2009 - 05 Januari 2010

Singapore

03 April 2008 - 05 September 2008

Afrika 2008

Landen bezocht: